woensdag 19 september 2012

Het leven gaat door

En zo probeer ik niet te veel stil te staan bij het tot nu toe jaarlijkse MRI- en mammografieonderzoek. Perfect getimed, precies op de woensdag dat er geen schrijfcursus is.

Met gezonde tegenzin vertrek ik in een heerlijke ochtendzon op de fiets naar het ziekenhuis. Een joggingbroek in de tas en een schone onderbroek voor het geval ik per ongeluk in m'n broek zou plassen. Ik meld me en mag als eerste naar wachtruimte tien, bij de balie rechtsaf. De hele gang is leeg. Alles is netjes opgeruimd, ergens staat een plastic bak op de grond met wat tijdschriften erin. Ik graai, maar word tegelijkertijd al geroepen.

De laborante is ontzettend vriendelijk en meelevend. Ze bekijkt mijn borsten en zegt dat het er goed uit ziet. Behalve twee verschillende groottes, zie je volgens haar niet dat de rechterborst geopereerd is. Ze vindt het vervelend dat ze koude handen heeft. Ik zie dat er een  nieuw apparaat staat. Dat klopt, deze gaat wat sneller. Dat is mooi, want geplette borsten zijn uiterst pijnlijk. Wat ook helpt is dat de laborante op een drafje naar haar plek gaat om zo snel mogelijk de foto te maken. Na vier foto's ben ik al klaar. Ze zijn goed gelukt. Ze hoopt dat de roodheid van borsten gauw wegtrekt. Dit keer zal ik geen al te nare herinneringen overhouden aan martelwerktuigen, oorlogen, et cetera. (http://iris-in-actie.blogspot.nl/2011/09/mmmm-martelmammografie-en-massagemri.html)

Helaas staat een MRI ook nog op het programma. Ik herinner me als de dag van gisteren hoe misselijk ik werd vorig jaar en het gevoel dat ik kreeg, alsof mijn maag en blaas zo zouden leeglopen, nadat het contrastvloeistof was ingespoten. Ik vroeg of men een allergie kon ontwikkelen daarvoor. De laborante (een andere) zei van niet, maar herkende mijn 'symptomen' wel. Ze zei dat het bij het gevoel zou blijven, dat ik niet echt in m'n broek zou plassen. Over overgeven wilde ze niet echt wat kwijt, ik heb niet doorgevraagd.

Bij een MRI zijn ze altijd met z'n tweeën, twee vrouwen. Ik krijg het idee dat degene die het minst ervaren is altijd mag prikken. Sinds de chemo's ben ik geen makkelijke prikezel meer en dat zal ik weten ook. Laborante nr. 1 prikt, de naald zit goed, maar niet diep genoeg. Laborante nr. 2 gaat ook aan de slag, terwijl ik de pijn verbijt. Uiteindelijk wordt de radioloog erbij geroepen en vertellen ze hem dat ze niet 'durven'. Eigenlijk heb ik ook geen vertrouwen in de radioloog, hoe vaak prikt hij nog, dat is misschien alweer 25 jaar geleden geweest, toen hij co-schappen liep. Niets blijkt minder waar. Pijnloos heeft hij de naald nog een centimeter verder m'n ader ingewurmd.

Van de angst voor het contrastvloeistof word ik al misselijk. Niet handig natuurlijk. Ik heb nog snel om muziek gevraagd voor de afleiding. Ook stom, want zo'n MRI-apparaat maakt zoveel kabaal dat je er gehoorbeschadiging aan over kunt houden en sowieso weinig muziek hoort. Tussen het oorverdovende geklop door vertelt de laborante met een zoetgevooisde stem dat het onderzoek nog tien minuten zal duren en dat na één minuut het vloeistof wordt ingespoten. Ik voel de koude vloeistof mijn bloedbaan in stromen. Ik adem rustig door, er gebeurt niks akeligs. Een beetje weeïg in de blaasstreek, verder niks.

Bijna juichend verlaat ik het ziekenhuis weer. Maar onderweg probeer ik de tranen van ingehouden emotie nog steeds binnen te houden. Thuis laat ik me toch even gaan. De rest van de dag ben ik moe, emotioneel uitgeput, huilerig en hangerig.

Het leven gaat door. Nadat ik Jip zijn verhaaltjes heb voorgelezen in bed wil hij dat ik bij hem blijf slapen. Hij is heel knuffelig en geeft spontaan heel veel kusjes en zegt dat hij me lief vindt. Ik glunder helemaal. Ik vraag waarom hij mama dan zo lief vindt. Zijn handjes gaan de lucht in, hij haalt zijn schouders op en zegt 'ik weet het niet. Ik heb het gewoon verzonnen'. Ik knuffel hem stevig terug en geef 'm een extra dikke kus op zijn blonde hoofdje.

Volgende week vrijdag krijg ik de uitslag.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten